Het belfort (Brugge)
 
Straat en nr.: Markt 7
Postnr. + gemeente: 8000 Brugge
Contactpersoon: voor de beiaard: Aimé Lombaert (stadsbeiaardier)
Openingsuren: dagelijks van 9.30 u tot 17 u
Toegangsprijs: € 3-5, gratis voor kinderen < 13jaar en Bruggelingen
Afstand tot de school: ongeveer 40 km
Wegbeschrijving: vanuit Merkenveld (openluchtklas)
Bezocht door: het vijfde en zesde leerjaar
Doelstellingen: - De kinderen maken kennis met een belfort en kunnen de vroegere functie ervan omschrijven.
- Ze maken kennis met een beiaard.
- Ze kunnen vertellen op welke verschillende manieren klokken kunnen bespeeld worden.
Beschrijving: We beklimmen samen de 366 treden van het belfort en genieten van de mooie vergezichten. Daarna dalen we af tot bij de beiaardier die ons uitleg geeft over het bespelen van de klokken.
 

Het belfort en de beiaard


Belfort
Het monument van Brugge, de Halle met het Belfort, dateert uit de 14e eeuw. De allereerste Hallen waren waarschijnlijk kleinere, houten gebouwen. Rond 1240 werd er een uitgebreider complex neergezet, maar in 1280 ging de toren in vlammen op, waarbij veel belangrijke documenten verloren gingen. Na de brand werd de toren weer opgebouwd; ditmaal werkte men met steen.
Het Belfort en de hallen vervulden naast een administratieve ook een commerciële functie. Ze waren voorzien van handels- en opslagruimten. Brugge was niet de enige en ook niet de eerste stad die haar hallen van een Belfort voorzag: zo bezat Ieper al in 1230 een belfort. In een tijd waarin de steden economisch en politiek steeds machtiger werden, groeide de behoefte aan dergelijke gebouwen en gezien de economische situatie was er geld voor om ze te bouwen. Vroeger waren het alleen de wereldlijke heersers en de kerk die zich zulke groots opgezette bouwwerken konden veroorloven. Het belfort kan dus gezien worden als een bewijs voor de ontwikkeling van de handel en een symbool van de stedelijke macht.
Het onderste deel van het huidige belfort dateert uit de 13e eeuw. Op de tweede verdieping vind je de vroegere middeleeuwse schatkamer en helemaal boven de 47 klokken van de Brugse beiaard. De 83 meter hoge toren helt al sinds een hele tijd meer dan één meter naar links over. Gelijktijdig met het belfort bouwde men ook de nieuwe torens. De hallen bestaan uit 4 vleugels rond een binnenplaats die men door de poort onder het belfort kan bereiken. De bakstenen muren zijn versierd met beeldhouwwerk en decoratieve elementen in natuursteen, zoals de vensteromlijstingen.

Beiaard
De klokken van het belfort Voor de 16e eeuw werden klokken manueel geluid. Het luiden van de klokken had een specifieke betekenis, zoals:
- het openen en sluiten van de stadspoorten;
- een werkklok die het begin en einde van de werktijden aangaf - het was verboden om met onvoldoende licht te werken;
- een klok die aangaf vanaf wanneer het niet meer toegelaten was om zonder toorts door de straten te lopen;
- feestelijke klokken luidden tijdens allerhande feestelijkheden, zo bijvoorbeeld tijdens de Heilig-Bloedprocessie.
Vanaf 1523 zorgde een trommel, aangedreven door een uurwerk, voor het regelmatig spelen van bepaalde klokken (zoals voor het aangeven van het uur). Met de trommel werd het ook mogelijk om (wereldlijke en geestelijke) liederen af te spelen. Vanaf 1604 werd door het stadsbestuur een beiaardier ingehuurd om dit te doen tijdens zon-, feest- en marktdagen. In 1675 bestond de beiaard uit 35 klokken, ontworpen door de Antwerpenaar Melchior de Haze. Na de brand van 1741 bestaat de beiaard uit 47 klokken, gebouwd door Joris Dumery, samen zo'n 26 ton. Deze zijn nog steeds in gebruik.
De huidige stadsbeiaardier is Aimé Lombaert.
     

 



 
×Terug naar gebouwen en monumenten

×Terug naar de klasverkenning